Maatwerk en persoonlijke begeleiding voor zij-instromers
“Door regionaal te denken kunnen we meer mensen binnenhalen en binnen houden”
Zeker in de tekortvakken als Nederlands, Engels, de klassieke talen en in de exacte hoek, is iemand die zich spontaan meldt om leraar te worden een cadeautje. Dat geldt helemaal voor mensen die al met de opleiding zijn begonnen. Want zij-instromen is niet iets dat je zomaar doet. En van de spontane inval ‘ik wil het onderwijs in’ naar een plek voor de klas is een flinke stap. In de onderwijsregio’s doen we er heel veel aan om die stap zo soepel mogelijk te laten verlopen. Teamleider vmbo-basiskader Jan Michels van het Vechtdal college in Hardenberg vertelt in dit artikel wat dat betekent. En zij-instromer Maureen Oostenbrink geeft inzicht in hoe dat haar geholpen heeft.

Wie: Maureen Oostenbrink, zij-instromend docent Nederlands bij het Vechtdal College Hardenberg en Jan Michels, de teamleider van Maureen.
Actie: Maatwerk en begeleiding om zij-instromers binnen te krijgen en binnen te houden.
Waar: Onderwijsregio Zwolle e.o.
Versterkt: Werving, selectie en begeleiding.
Extra inzet als zij-instromer
Jan: “Iemand als Maureen, daarvoor doe je graag extra moeite. Ze wil Nederlands geven en ze is al begonnen met de opleiding. Dus ik heb haar gevraagd wat ze nodig heeft. We nemen de kosten voor haar studie voor onze rekening, geven haar tijd om te studeren en natuurlijk alle begeleiding die je als beginnende docent goed kan gebruiken. Er kan veel. Want goede mensen wil je binnen krijgen en binnenhouden. Maureen was een speciaal geval. Zij werkte al op een mbo (Alfa-college), maar daar dreigde ze buiten de formatie te vallen.
Maureen: “Ik wilde heel graag in het onderwijs blijven, dus heb ik gebeld met het Vechtdal College en gevraagd of het misschien mogelijkheid was om een detachering te organiseren.” “Dat was ook voor ons een goede oplossing”, zegt Jan, “want wij hadden een vacature die we moeilijk konden invullen. Formeel bleef Maureen dus bij Alfa-college in dienst”, vervolgt Jan, “maar wij betalen het salaris. Dat geeft haar zekerheid en dat is heel belangrijk, want ze is kostwinner. Detachering is een creatieve oplossing die we al vaker gebruikt hebben, ook voor mensen die overstappen vanuit een bedrijf.”
In de onderwijsregio’s gebeurt veel. We maken grote stappen, in werving, in selectie, in behoud, in begeleiding en in professionalisering. Om ervoor te zorgen dat alle onderwijsregio’s sneller vooruitkomen delen we de beste voorbeelden. De maatwerkaanpak van het Vechtdal College in Hardenberg is zo’n voorbeeld. Omdat het laat zien hoe je mensen uit het bedrijfsleven soepeler kunt laten zij-instromen in het onderwijs. Zo werken we aan het beste onderwijs voor iedereen.
Van bruidsfotografe naar het onderwijs
Maureen: “Ik had een goed lopend bedrijf in bruidsfotografie. Maar op een strand in Italië dacht ik opeens: Ik wil docent worden. Ik ben iemand die overal op afstapt, dus ik ben er gewoon voor gegaan. Ik deed de driedaagse training ‘Zin in Lesgeven’ die vanuit de onderwijsregio werd aangeboden. Na de eerste dag dacht ik ‘Ok wat is dit?’ Na de tweede dag dacht ik: ‘Hmm oke’ en op dag drie, toen gebeurde er iets: de keuze werd duidelijk – ik wil het onderwijs in! Daarna zocht ik contact met Hatseklas, het loket voor zij-instromers in onderwijsregio Zwolle e.o., en zij hielpen me verder op weg. Via een tip van hen kwam ik terecht op het Alfa-college hier in Hardenberg. Tegelijkertijd begon ik aan de lerarenopleiding.”
Jan: We hebben een traject voor alle nieuwe collega’s, zodat ze goed begeleid worden. Om te beginnen krijgt iedereen een coach. Er zijn intervisiebijeenkomsten waarin nieuwe docenten elkaar vooruit te helpen, En mijn deur staat altijd open. Het is belangrijk dat iedereen zich hier thuis voelt. Zeker in het eerste jaar als alles nieuw is. Dat is cruciaal, dus zodra ik een signaal krijg dat er iets speelt, dan grijp ik in. Mensen stellen zichzelf bijvoorbeeld de vragen: ‘Heb ik de goede keuze gemaakt?’ of ‘Zit ik nog wel lekker in mijn vel?’ Als je mensen te lang laat doormodderen, dan bouwt het op en loop je de kans dat iemand afhaakt. Ik ga direct het gesprek aan. Waar loop je tegenaan? Wat kunnen we samendoen en wat kun jij zelf doen? Heb je ondersteuning nodig? We hebben bijvoorbeeld de mogelijkheid om lessen op te nemen op video en die dan samen te analyseren. Hoe sta je voor de klas? Wat kun je beter, anders, wel of juist niet doen?”
Werkgeluk en ondersteuning op de werkvloer
Maureen: “Werkgeluk is wat ik elke dag ervaar op deze school. Die kinderen van 12 en 13 jaar zijn zo leuk. Ze willen van alles weten, maar je ook uitdagen. Ik hou van het spel: hoe moet ik aan de knoppen draaien om een geweldige les te creëren? De begeleiding is uitstekend geregeld. Ik heb elke week een gesprek met mijn coach. We hebben een groepje met beginnende docenten waarin we allemaal onze eigen onderwerpen kunnen inbrengen. De werkplekbegeleider van de sectie Nederlands ondersteunt me bij alle aspecten van het vak Nederlands. En ze helpt mij een betere docent te worden. En mijn collega’s nemen de tijd om vragen te beantwoorden. En ja, de deur van Jan staat altijd open. Ik loop vaak binnen met een kop koffie om even iets te overleggen of te vragen.”
Jan: “Wat ik zou willen realiseren is dat we in de regio een banenmarkt creëren. Vanuit de vraag ‘hoe halen we mensen binnen voor het onderwijs?’ Niet als concurrenten, maar vanuit hetzelfde belang. Als ik een baan heb van 10 uur, dan is dat te weinig om iemand te laten overstappen. Maar als we regionaal kijken en in de buurt heeft een school ook ruimte in de formatie, dan kunnen we samen optrekken. En iemand aan het werk zetten deels bij ons en deels bij die andere school. We doen dat nu al binnen de Landstede Groep, maar als we dat regionaal aanpakken, dan kunnen we nog meer mensen binnenhalen en binnenhouden. Daar hebben we allemaal belang bij.”
Oproep voor meer kansen voor zij-instromers
Maureen: “Voor mij is het nu goed geregeld. Maar ik zou zo graag willen dat meer mensen, zoals ik, die uit het bedrijfsleven komen een kans krijgen. Want er zijn genoeg mensen die willen zij-instromen. Dus roep ik bedrijven op om hieraan mee te werken. Geef werknemers de mogelijkheid om deels op school en deels in het bedrijf te blijven werken. Zodat ze genoeg verdienen om de overstap te kunnen maken. Want het is ook in het belang van bedrijven dat iedereen het beste onderwijs krijgt. De leerlingen van nu zijn de werknemers van morgen!”

“Deze mensen vallen daarbij vaak - net als ik - buiten alle subsidiemogelijkheden”, vervolgt Maureen. “Ik werkte zelfs al in het mbo-onderwijs, in een ondersteunende functie, maar ik kwam nergens voor in aanmerking en heb mijn opleiding volledig zelf betaald. Ik had die mogelijkheid en was bereid om mijn spaargeld eraan uit te geven. Maar die kosten zijn natuurlijk voor veel mensen een enorme drempel. Ook scholen zoals het Vechtdal College zou dat helpen, want zij steken al veel tijd, middelen en vertrouwen in toekomstige docenten. Ik zou de beleidsmakers dan ook willen vragen om een subsidie te ontwikkelen voor ‘maatwerksituaties’. Dan wordt de overstap naar het onderwijs een stuk makkelijker en dragen we bij aan een structurele oplossing voor het lerarentekort.”